Dr. Jack van den Engh

2007 Jack feb 2007_smallJack is in 1928 geboren te Bandoeng, Indonesië. Zijn vader werkte in opdracht van de Nederlandse regering. Jack ging daar naar de lagere school en van daaruit studeerde hij verder aan de HBS. Gedurende de oorlogsjaren werd het voor hem een tijdlang onmogelijk om school verder te volgen. Na de oorlog heeft Jack alsnog de HBS afgerond en slaagde in 1950.

Nadat Indonesië onafhankelijk werd van Nederland keerde het gezin terug naar Nederland. In Nederland wilde Jack graag verder studeren, maar hij kwam niet in aanmerking voor een studiebeurs omdat hij ondertussen te oud hiervoor zou zijn. Er bleef hem niets anders over dan te gaan ‘stempelen’ (vroegere werkloosheidsuitkering). Al gauw kwam de dienstplicht om de hoek kijken. Dit leek voor hem een goede manier om van het ‘ stempelen’ af te komen. Jack melde zich als rekruut te Gorinchem. Binnen korte tijd werkte hij zichzelf op tot tweede luitenant der artillerie.

Tijdens zijn diensttijd kreeg hij de mogelijkheid om vanuit Defensie te studeren voor arts en studeerde af in Leiden in 1963. Na zijn beëdiging ging Jack aan het werk in ’t Harde. Maar Jack wilde meer dan alleen legerarts spelen. Hij had de wens om te promoveren. Deze afstudeeropdracht zou hij gaan volbrengen in Rheine. Helaas werd hem op dat moment de kans hiervoor ontnomen. Hij werd vanuit Defensie gesommeerd om namens het Ministerie van Buitenlandse Zaken in 1969 te gaan werken in Nigeria, gevolgd door een missie in Bangladesh in 1973 onder de vlag van het Nederlandse Rode Kruis en de Liga van Rode Kruis verenigingen in Geneve.

In 1974 werd hij opnieuw benaderd door Defensie om als legerarts te gaan werken op de Nederlandse legerplaats Seedorf te Duitsland. Alhoewel dit een hele omschakeling voor hem was heeft hij het toch gedaan en heeft hier meer dan tien jaar met veel plezier gewerkt. Eerst als legerplaatsarts en al snel als gezinsarts op de polikliniek voor de gezinsleden van de militairen die gelegerd waren in Seedorf. Gedurende de jaren dat hij als gezinsarts in Zeven werkte kreeg Jack alsnog de kans om te promoveren. Als thema voor zijn afstudeerproject koos hij: “het Nederlandse militaire gezin in West-Duitsland”. Hij studeerde af onder auspiciën van professor v. Esch te Utrecht en promoveerde op 5 juli 1983 op dit onderwerp.

Nadat Jack met FLO (functioneel leeftijdsontslag) ging, wilde hij zijn leven toch nog zinvol vullen en besloot met zijn toenmalige echtgenote te gaan werken aan een project in Oeganda. Helaas werd het contract vroegtijdig verbroken vanwege het uitbreken van de burgeroorlog in Oeganda. Toen zijn eerste echtgenote kwam te overlijden overwoog hij om zo snel mogelijk terug te keren naar Nederland. Maar gelukkig ontmoette hij Gundula waarmee hij een nieuw bestaan opbouwt en samen zich storten op het ontwikkelingswerk in een kinderziekenhuis in Oeganda.

Gezamenlijk werkte Jack en Gundula 1 jaar in het kinderziekenhuis totdat de omstandigheden te gevaarlijk werden en beiden terug keerden naar Duitsland.

Ze vestigden zich in Sassenholz, waar ze voor zichzelf wat rust probeerden te zoeken. Tussentijds werd getrouwd. Beiden moesten erg wennen aan de Europese manier van leven en kwamen erachter dat ze eigenlijk veel te veel tijd hadden om na te denken over zaken waar ze veel liever de handen voor uit de mouwen wilden steken. Ze wilden niet alleen hulp bieden voor de korte termijn maar daadwerkelijk iets doen zodat de omstandigheden voor de bevolking zou ook op de lange termijn zouden verbeteren. Al denkende ontstond zo het idee om zelf een organisatie op te richten. Voornamelijk bij Gundula leefde dit idee al veel langer.

Hierop is in 1988 de Stichting HOPE opgericht. Ondertussen was het echtpaar bevriend geraakt met het echtpaar Krijnen. Ome Ad en Tante Bettie, zoals ze bij de meesten bekend staan, waren een begrip in de Nederlandse leefgemeenschap in Zeven (BRD) en hadden beiden een zwak voor kinderen. Vooral kinderen die het niet zo goed getroffen hadden. Ome Ad was destijds eerst adjunct-directeur en later directeur van de Stichting Jeugdwerk West Duitsland. Door deze functie kwam hij veel met kinderen en natuurlijk ook met hun ouders in aanraking. Jack enthousiasmeerde Ad door zijn verhalen over het kinderziekenhuis in Oeganda, waarop plannen werden gesmeed om gezamenlijk naar Oeganda af te reizen. Dit gebeurde in 1989.

In het gebied rondom de plaats Kumi, dat in eigendom was van de Protestante kerk, zwierven veel wezen. Dit kwam niet alleen door het verlies van ouders door de oorlog maar ook omdat een van beide ouders of beiden waren overleden aan de ziekten Aids of Lepra. Al brainstormend hoe met dit probleem om te gaan, werd een plan gemaakt om een weeshuis te bouwen op de grond bij het ziekenhuis waar deze kinderen zouden kunnen worden opgevangen. Helaas bleef het door omstandigheden vooralsnog bij een plan.

Bij thuiskomst werd het echtpaar vanuit de Verenigde Naties verzocht om hulp te gaan bieden in o.a. Nicaragua (UN), Peru (Artsen Zonder Grenzen) en twee keer nog naar Somalië (Caritas Duitsland). Tussentijds werd druk gewerkt aan allerlei plannetjes om geld in te zamelen om hun droom te verwezenlijken: een kinderdorp voor de wezen in Oeganda. In 1993 vonden ze eindelijk weer de tijd om opnieuw af te reizen naar Oeganda om daar de zaken eens goed te ordenen en om alles goed op poten te zetten. In jaren die daarop volgende konden ze eindelijk hun droom waar maken. Ondertussen kwam Ad Krijnen met het plan om wezen die in het kinderdorp zouden worden geplaatst financieel te ondersteunen met giften van mensen uit bijv. de Nederlandse leefgemeenschap te Zeven. Samen met Jack werden voorlichtingsavonden georganiseerd en al snel melden zich de eerste adoptieouders.

Nadat ze voor de zoveelste keer door de VN opnieuw waren uitgezonden naar Somalië besloten ze beiden om hier mee op te houden. Ze wilden zich helemaal concentreren op hun eigen project. In Oeganda is een prachtig kinderdorp met alle faciliteiten die daar nodig zijn gebouwd. Ondertussen is het al zover dat dit dorp door ‘eigen mensen’ wordt gerund, waarbij er vanuit HOPE DHI alleen nog daar waar nodig wordt bijgestuurd. Onlangs, in 2003, heeft Hope opnieuw een kindertehuis opgenomen in het adoptie programma. Er kunnen nu ook kinderen in een weeshuis in India financieel worden ondersteund zodat zij naar school kunnen, gevoed en gekleed kunnen worden.

De Toekomst:

Langzamerhand komen Jack en Gundula erachter dat ze moeten gaan zoeken naar een goede voortzetting van hun levenswerk. Beiden komen nu op leeftijd en rusten niet eerder alvorens ze de door hun opgezette projecten en hun levenswerk HOPE kunnen overdragen aan mensen die met net zoveel gedrevenheid en liefde dit werk willen doen en voortzetten. Het huis in Sassenholz is op de benedenverdieping al verbouwd tot een kantoor. Ze hebben intussen een betaalde kracht in dienst die ze volledig vertrouwen en die hun levenswerk op een adequate en enthousiaste manier zal voortzetten. Daarnaast berusten nog vele taken bij vrijwilligers, omdat ze alle gelden die binnen komen willen gebruiken voor de kinderen die het echt NODIG hebben.

Voor inhoudelijke informatie over HOPE DHI en haar doelstellingen en projecten verwijs ik u naar de diverse links. Wilt u meer informatie over hoe u ook een kind in Oeganda of India financieel kunt ondersteunen of indien u graag donateur wilt worden verwijs ik u naar de link “steun ons”.

Chronologie:

  • 1988 – HOPE e.V. in Duitsland
  • 1996 – Stichting Dutch HOPE International (DHI) in Nederland
  • 2004 – Swiss HOPE International in Zwitserland